Skip to main content

Sinds enkele jaren is Ditt. in toenemende mate op de grachten te vinden. Dit begon met de renovatie, de herontwikkeling en de inrichting van Keizersgracht 555, het imposante pand op de hoek met de Nieuwe Spiegelstraat. Sindsdien hebben wij voor een verscheidenheid aan opdrachtgevers op verschillende grachten mogen werken. In deze serie publicaties, ook te vinden in Ditt. Report 016, lichten we vijf projecten uit. Hier deel 1 van 5: Herengracht 499.

Na het vertrek van Mindspace mocht Ditt. voor LaSalle Investments dit monument letterlijk en figuurlijk een ‘opfrisbeurt’ geven. Klaar voor nieuwe gebruikers. Speciaal de ietwat vergeten, door ons opnieuw vormgegeven tuin vormt nu één van de herontdekte pareltjes van het pand. Er is een eigentijdse sfeer gecreëerd, waarbij de karakteristieke kenmerken behouden zijn gebleven.

 

  • Herengracht 499
  • LaSalle
  • 880 m2
  • Wel: vloer, verlichting, kantoormeubilair, tuin
  • Niet: wanden, schilderwerk, plafonds, maatwerk meubilair

Historie van het pand

De naam van Loon is in Amsterdam natuurlijk vooral bekend vanwege Museum van Loon, Keizersgracht 672. Dat pand kwam echter pas in 1884 in handen van de van Loons. Lang daarvoor hadden zij in de hoofdstad al hun sporen nagelaten.

Willem van Loon

Adriaen van Loon

Willem van Loon

Willem van Loon

 

Cornelia Hunthum op een schilderij

Cornelia Hunthum

 

De familie van Loon komt oorspronkelijk uit Loon op Zand. Zij bezitten daar een molen. Willem van Loon verhuist vanwege het geloof via ’s Hertogenbosch naar Rotterdam. Hij ontwikkelt zich van haringkoopman tot welvarend handelaar op de Levant en is een van de oprichters van de VOC (20 maart 1602). Zijn zoon Hans van Loon vestigt zich uiteindelijk in 1604 in Amsterdam. Hij is dan al in 1597 getrouwd met Anna Ruyckhaver (1573-1649) afkomstig uit Haarlem. Zij wonen aanvankelijk rond 1613 op de Zeedijk. Het echtpaar krijgt zeven zonen. Rond 1627 verhuist de familie naar Keizersgracht 149, een pand genaamd ‘De Koning van Zweden’, door Hans van Loon voor 11.900 gulden gekocht van de failliete brandewijnbrander Jan Martsz. Van Loon is tussen 1628 en 1658 bewindhebber van de VOC. Zijn zoon Nicolaes van Loon (Rotterdam, 1602-1675) trouwt in 1624 met Emmerentia van Veen (1605-1683) uit Alkmaar; zij wonen eveneens op Keizersgracht 149, dan gelegen naast de brouwerij ‘de Keizerskroon’ niet ver van de Leliegracht. Vanwege stankoverlast wordt het pand rond 1684 opgegeven. Nicolaes en Emmerentia hebben twee zonen. Adriaen van Loon (1631-1722), commissaris van de Amsterdamse Wisselbank, in 1656 getrouwd met Cornelia van Hunthum en Willem van Loon (1633-1695), bewindhebber van de VOC, burgemeester in 1686. Willem trouwt in 1663 met Catharina van Hunthum. Twee broers, twee zusjes, dan ook twee huizen.

Willem en Adriaen van Loon kopen in 1664 twee dubbele aangrenzende kavels aan de Herengracht met daarachter bijbehorende erven aan de Reguliersdwarsstraat. In 1667 laten zij twee identieke huizen op hun grond bouwen, door loting wordt bepaald wie waar gaat wonen. Adriaen komt op nummer 499, Willem op 497. Adriaen en zijn vrouw overleven hun drie kinderen. De 7 kinderen van Willem erven en gebruiken vervolgens nummer 499.

Gerrit Adriaensz Berckheyde, De bocht van de Herengracht, 1671-1672. De open plekken zijn nog niet gekochte kavels.

Het vermelden waard is zeker het verhaal van Jan van Loon, zoon van 497, oomzegger van 499. Jan van Loon (1677-1763) is handelaar in cacao, kolonel bij de schutterij, bewindhebber van de WIC en directeur van de Sociëteit van Suriname. Op 21 april 1734 slaan de paarden van zijn koets tijdens een tochtje op de gracht op hol, Jan vreest voor zijn leven, springt uit de voortdenderende koets, breekt daarbij zijn been en moet maar liefst een jaar revalideren, bij zijn eerste stap daarna knapt het been opnieuw, de chirurgijn-van-dienst ziet geen andere oplossing dan amputatie. Jan brengt de uitdrukking “met één been in het graf” letterlijk in praktijk, want het been wordt met gepast ceremonieel begraven in de Westerkerk. Jarenlang behelpt Jan van Loon zich met een wandelstok en een stelt. In 1763 overlijdt Jan van Loon, opmerkelijk genoeg wordt de rest van zijn lichaam ietsje verderop begraven, in de Nieuwe Kerk.

De tweelinghuizen in 1667

 

Herengracht 499

Herengracht 499 na verbouwing

 

In 1752 bewoont de volgende Willem van Loon samen met zijn vrouw Elisabeth de Wit nummer 499. Hij laat het pand dan verbouwen tot de huidige staat. De tweelinghuizen verschillen dan onderling definitief van uiterlijk.

De gevel van 499 is 14.90 breed, heeft een rechte kroonlijst, rondom de deur en het middenvenster wordt een gebeeldhouwde bergstenen omlijsting aangebracht, met (zie volgende pagina) twee wapens onder het middenvenster (links de ‘morenkoppen’ van de familie van Loon en rechts de duif met korenaar en klaverbladen van de familie de Wit). Verder heeft het pand een kap en een dubbele stoep met onderingang. N.B.: Hoewel de koppen in het wapen van de van Loons naar alle waarschijnlijkheid niet rechtstreeks te maken hebben met slavernij en waarschijnlijk verwijzen naar de handel op de Levant eertijds geïnitieerd door Willem van Loon Sr., maakt het wapen zeker vandaag de dag niettemin sowieso een vrij schaamteloze indruk, zeker gezien de belangen van de familie bij WIC en VOC.

Jan van Loon met wandelstok

De familie van Loon was in Amsterdam in eerste instantie buitenstaander. Via strategische en profijtelijke huwelijken plus hun eigen uitgebreide en lucratieve handel wisten zij zich een plaats te verwerven te midden van de Amsterdamse patriciërs. Zij leverden, komend van buiten, relatief snel leden voor de vroedschap, het toenmalige bestuurscollege van de stad.

Middels de handel op en investeringen in Suriname verwierf de familie met name in de 18de en 19de eeuw een enorm kapitaal. Aanvankelijk waren de van Loons in dat land enkel en alleen investeerders, zij stopten in Suriname geld in beruchte plantages als Beekvliet, Bleyendael en Zorg & Hoop. Later werden zij mede-eigenaars. De uitgebuite slaafgemaakten zorgden er voor dat deze plantages rendabel waren en dat ook de van Loons ver weg in Amsterdam hun luxe levensstijl konden bekostigen. Wat dat betreft handelde de familie van Loon niet anders dan vele andere bewoners uit de Grachtengordel. Een wrang gegeven, zeker nu toch wel vast staat dat de praktijken van dit boosaardige systeem in Amsterdam bekend waren en niettemin als normaal en moreel acceptabel werden beschouwd. In 1815 wordt de familie van Loon in de adelstand verheven.

Op het eind van de 19de eeuw werd het huis bewoond door Agatha Maria Johanna van Loon en haar echtgenoot Charles Roosmale Nepveu (secretaris van het Reddingswezen). Het echtpaar verbleef alleen in de winter aan de Herengracht, des zomers woonden zij op hun buitenplaats ‘La Retraite’ te Velp. In 1887 vestigden zij zich daar permanent. Hun huis aan de Herengracht verhuurden zij aan de vereniging ‘De Gouden School’, een middelbare school voor meisjes. De school was aanvankelijk gevestigd in een pand aan de overkant, Herengracht 476. De verhuizing vond plaats via een schuit, schoolbanken, boeken, aanwijsstokken, wereldbollen en wat al niet peddelden over het water van de Herengracht naar de overkant. De meisjes liepen keurig te voet om, via de brug. Van 1887 tot 1912 volgden jonge juffers uit de gegoede Amsterdamsche burgerij hier onderwijs. Op het lesrooster stonden de vakken ‘hoe hoort het eigenlijk’ en ‘leiding geven aan een huishouding’ centraal. In 1912 verhuisde de school naar de Pieter de Hooghstraat. In 1921 werd Herengracht 499 omgebouwd tot kantoor en dat is het tot op de dag van vandaag gebleven.

Jan Miense Molenaer, De bruiloft van Willem van Loon (zoon van Hans) met Margaretha Bas, 1635, Museum van Loon

Tenslotte Herengracht 497, ooit de identieke ‘look-a-like’ van 499. Het pand kwam in bezit van de financier Bob Meyer, die hier ter nagedachtenis aan zijn rode lievelingskat John Piermont Morgan III (1966-1983) het charmante Kattenkabinet oprichtte.

 

Nieuwe inrichting door Ditt